De bergbouw in Duitsland kent een lange historie die afhankelijk van de stoffen die gedolven werden die zelfs terug gaat tot circa 800 Jr. v.Chr. De diverse mijnen en groeven in de deelstaten van de voormalige DDR vormen een geschiedenis op zich. Tijdens de Sowjetische Besatzungs Zone (SBZ) in (1945) werd dit economisch direct benut voor de winning van tal van grondstoffen. De deelstaten Sachsen (Anhalt) en Thüringen rond het gebied van de "Rennsteig" herbergde vele interessante locaties van groeven en mijnen die tijdens bergbouw onderzoekwerkzaamheden zijn (her)ontdekt of bij latere bewerking gevormd. Heden zijn enige hiervan opengesteld en begaanbaar gemaakt voor bezoekers na inspanning en veiligheidsaanpassingen waarbij de medewerking van lokale overheden en/of bergverenigingen met name voor de kleinere bergwerken cruciaal was.
In de directe omgeving van de stad Leipzig is sedert (1920) zeer veel bruinkool gewonnen o.a. "Tagebau Espenhain" Direct na WWII werd onder het SBZ bewind weer met de "Tagebau" begonnen en werd bruinkool gewonnen om de energievoorziening veilig te stellen die cruciaal was voor de wederopbouw van de socialistische staat (DDR) tussen de jaren (1949 -1965). Halverwege de jaren zestig werd grotendeels overgeschakeld op de aardolie winning via de "Drushba" pijpleiding uit de Sovjet-Unie. De olie crisis van (1973-1989) zorgde echter voor de terugkeer naar de bruinkoolwinning om in de nabije toekomst de energievoorziening veilig te stellen. Waarbij in de loop der jaren vele lokale dorpen helaas geheel van de aardbodem zijn verdwenen. De bevolking moest te vertrekken met achterlating van de meeste van hun weinige bezittingen.
Er werd wel een vergoeding verleend voor het verlaten van huis en haard maar deze werd slechts periodiek uitgekeerd een bedrag ineens was niet van toepassing dus dit bracht voor de bevolking van deze gebieden nagenoeg niets....
Dan verhuizen ....... naar ??? vaak een flat in de stad Leipzig. De werkzaamheden werden eerst nog tot na de Wende nog enige tijd voortgezet. Waarna vele bergbouw arbeiders hun arbeidsplaats verloren en stonden de machines er verlaten bij. Wat zou er gebeurd zijn als de Muur niet was gevallen ? (1989). Het gebied raakte in verval tot dat saneringswerkzaamheden in het gebied circa (1995-1996) een aanvang namen en er voor enige bergbouw arbeiders weer werk was nu met het doel het gebied te zuiveren van schadelijke stoffen en er eindelijk een aanvang werd genomen met de verwezenlijking van een gigantisch natuur en recreatiegebied. Een plan wat al deels ontwikkeld was in de DDR maar nooit werd uitgevoerd.
Bergbau Techniek Museum e.V. "Großpösna ehemaligen Tagebau Espenhain" foto auteur (2018).
Men besloot naast de bodemsanering van de enorme afgravingen deze langs natuurlijke weg te vullen met water. Uiteraard werd ook gezuiverd grondwater aangevoerd uit oude groeven anders zou het circa 80 jaar duren voor deze meren gevormd konden worden. Het project zou desalniettemin miljarden kosten en zeker tot ver na het millennium gaan duren. Toch is men in samenwerking met de overheid en tal van organisaties waaronder de "Lausitzer und Mitteldeutschen Bergbau-Verwaltungsgesellschaft "(LMBV) er in geslaagd op plaatsen rondom Leipzig waar deze afgravingen plaatsvonden gigantische meren o.a. de " Störmthaler See" en "Markkleeberger See" te creëren t.b.v. (watersport) recreatie. Sedert (2014) een nieuw natuur/ vakantiegebied. Ook vind men in de omgeving nog de "Cospudner See" en de "Kulkwitzer See" waar men ook naar hartenlust kan recreëren.
Het gebied is thans bekend onder de naam: "Leipziger Neuseenland".Om de historie verder levend te houden heeft men in samenwerking met de (LBMV) en overige organisaties en belanghebbenden enige (graaf)machines kunnen behouden en is het "Bergbau-Techniek-Park e.V. Großpösna" opgericht als museum waar men de geschiedenis van "Tagebau Espenhain" en de omgeving kan (her)ontdekken. Vermeldenswaard is nog dat de gigantische machines heden (2018) ook worden gebruikt voor oefeningen van de "Leipziger Feuerwehr". Thans is er in Duitsland nog veel te doen omtrent bruinkool met name langs onze Nederlandse Oostgrens rondom Keulen..... misschien een idee voor de toekomst?
Tussen Ilmenau en Suhl bij de plaats Schmiedefeld ligt "Bergbau (schau)werk Schwarzer Crux". Deze werd rond
(1700) actief. Oorspronkelijk kende men Rote Crux, (goed te versmelten erts) Gelbe Crux (zwavel en koper) niet echt goed te verwerken. Later werd nog geprobeerd alleen het koper te winnen maar dit bracht niet het gewenste resultaat. Er werd in verschillende schachten gewerkt waarbij Schwarzer Crux (magnetisch erts) door de jaren circa (1825-1860) heen het beste bracht in de omgeving. Waar het bergwerk ook naar is vernoemd. Daarna viel de groeve min of meer stil. Tussen (1912-1924) werd door de "Eisenwerk-Gesellschaft Maximillianshütte" de groeve nog een poosje voor Schwarzer Crux gebruikt voordat de groeve in (1924) werd gesloten.
Die "Wismut" Het winnen van Uranium....... (CC BY-licentie source You Tube - DDR Archiv 2018).
Wat zeker niet onvermeld mag blijven zijn de vele bergbouw gebieden in de SBZ die onderzocht zijn op uranium dat werd gevonden in Sachsen door Sovjet geologen samen met ervaren bergarbeiders (Erzgebirge) in (1946) en later in Thüringen . Het betreffende gebied werd vervolgens verder bewerkt en bewaakt door de Russen onder grote geheimhouding. Er werd haast gemaakt met het delven want de Amerikanen hadden al atoombommen. Deze waren immers ook gebruikt in Japan (Hiroshima, Nagasaki) ter beëindiging van WWII. Stalin kon zijn eerste atoomtest pas uitvoeren in (1949) met uranium uit het Erzgebirge en Thüringen. Later werd na de politieke onrust en volksopstand van (1953) door Walter Ulbricht gezamelijk met de Russen organisatie : SDAG Wismut (1954) "Sowjetisch-Deutsche Aktiengesellschaft " een strategische bergbouw organisatie opgericht.
Compositie "Wismut bergbau" foto kompels, bescheinigung, und ausweis mit sperrzone genehmigung collectie auteur.
Uiteraard werd deze bergbouw organisatie door de DDR breed uitgemeten in de media als onderdeel van de bevrijding en vrijstelling van herstel betalingen na WWII aan de Sowjet-Unie. In werkelijkheid moesten alle Bergbouw investeringen terug betaald worden aan de Russen. De koude oorlog was immers in volle gang en de Sowjet-Unie had grondstoffen nodig voor hun verdere uitgebreide militaire nucleaire ontwikkeling in die tijd. De DDR kon hier destijds een welkome aanvulling leveren. Het unieke was dat hiervoor de naam Wismut (een mineraal soort dat rond het jaar (1600) al werd gevonden) werd misbruikt als schuilnaam. Het vermelden waard is dat voetbalclub "AJAX Amsterdam" in (1957) zijn eerste Europese avontuur en overwinning : 3-1 beleefde in de DDR op voetbalclub SC Wismut Auen. Een club die met speciale toestemming van de Sovjet autoriteiten was opgericht en bestond uit de beste voetballers van de SDAG Wismut gebied. Aanzien verwierf door snel op te klimmen in het voetbal en zich wist te kwalificeren voor Europees voetbal. Later werd (in het Westen) pas bekend waar de naam Wismut eigenlijk voor stond. De grote (staats)bedrijven hadden bijna allen een sportafdeling die vanuit de FDGB of FDJ werden gestimuleerd of gesteund met wedstrijden, kampioenschappen en dienden als vermaak en ontspanning voor arbeidersgezinnen die in de industrieën werkzaam waren. Er zijn met name na de Wende in de jaren 90 vele onderzoeksrapporten en boeken geschreven omtrent de winning van uranium in de voormalige DDR.
Het gaat te ver om op deze site hier verder op in te gaan.
Vast staat dat vele duizenden bergarbeiders ziek zijn geworden of bezweken tijdens of na hun actieve arbeidsleven. In documenten staat beschreven dat er destijds tonnen uranium naar de Sowjet-Unie zijn vervoerd. Tussen (1954-1990) heeft de "Wismutbergbau" de DDR circa 23 miljard Mark gekost. Na de hereniging van Duitsland heeft men een verdrag met de Sowjet-Unie gesloten ter beëindiging van de SDAG Wismut zodat deze vervolgens op kon gaan in de "Wismut GMBH Duitsland". Pas daarna kon worden aangevangen met sanering van de uranium bergbouw gebieden in de voormalige DDR kostenraming circa 6 miljard Euro. Ter ere en nagedachtenis aan de bergarbeiders die in de Wismut werkzaam waren mocht dit stukje geschiedenis zeker niet ontbreken. Gluck Auf !!!
Ook "Bergbau (schau)werk Volle Rose" eveneens gelegen bij Ilmenau/Centrale Bergbau Gehren maakte deel uit van een gebied dat een lange historie heeft die zelfs terugvoert naar de 17e Eeuw maar waar pas medio 19e Eeuw begonnen werd met de winning van "Fluss-spat" dat staat voor het mineraal Calciumfluoriet. Dit was en is een belangrijke grondstof in de glas en porselein industrie die in Ilmenau gevestigd was. Na de Wende in 1991 werden de werkzaamheden (abbau) beëindigd. De wereldmarkt prijzen daalden door productie in China. De Volle Rose werd uiteindelijk nieuw leven ingeblazen door de inspanningen van de nieuw opgerichte "Bergbauverein Schortetal e.V.” er werd circa 400 M van de groeve weer veilig en begaanbaar gemaakt thans toegankelijk voor het publiek als "Schaubergwerk Volle Rose"
Bezoekers worden met een van de oude baan locomotieven in de mijn gevoerd waar men door een gids geïnformeerd wordt omtrent de lange geschiedenis van de mijn.
Vermeldenswaard is dat door een stijging van de grondstofprijzen op de wereldmarkt voor "Fluss-spat" nabij Gehren in het Schobsetal door "Phönix Fluß- & Schwerspat - Bergwerk GmbH" een nieuwe start werd gemaakt (20XX) met de (abbau) van Calcium Fluoriet. Heden een belangrijke toeleverancier van deze grondstof aan de grootste Fluor Chemie concerns in Duitsland. Een groot deel wordt als fluorwaterstof verwerkt en vervolgens toegepast bij vervaardiging van teflon, kunststoffen, metaalveredeling, elektronicatoepassing, agro technologie, en glasindustrie.
Ook "Bergwerk Morassina" heeft een historie die terug voert naar de jaren (1600-1870). Er werd in deze mijn aluin, zwavel, Thüringer Schwarz (een natuurlijke aardkleur die vrij kwam in koolstof houdende delen in de aluinsteen en vermoedelijk werd gebruikt in de drukwerken in die tijd) en vitriool gewonnen in de mijngangen. (het woord vitriool is afkomstig van het Latijnse woord "vitreus" dat kristal betekent) met verwijzing naar de verschijning van sulfaatzouten, die ook vitriool worden genoemd. Deze zogenaamde zouten omvatten kopersulfaat, zinksulfaat, ijzersulfaat, kobaltsulfaat die hoogstwaarschijnlijk werden gebruikt samen met zwavel en aluin als bestrijdingsmiddel voor ziekten aan wijnranken, desinfectie van gereedschappen, wijnvaten en vervoerskisten.
Rond (1864) kwam aan deze winning in Morassina een einde. De bergarbeiders vertrokken naar elders. Daar in andere mijnen steeds meer het accent werd gelegd op het delven van ijzererts. Het bleef daarna voor jaren stil maar rond de periode
(1910-1930) werd er op sommige plaatsen radioactiviteit waar genomen in het gebied. Vervolgens werden er onderzoeken gestart in verschillende aluin en vitriool bergwerken waaronder ook Morassina. Er waren regelmatig verhalen van wandelaars en bewoners uit de omgeving die berichten over de helende werking van sommige kwalen door de modder en (vervuild) ijzerhoudend water uit de groeven. Men heeft destijds nog pogingen ondernomen er een bezoekers bergwerk van te maken maar dit liep uiteindelijk op niets uit. De locatie Morassina kwam in verval en de natuur nam bezit van de groeven en schachten.
Pas in (1951) werden de groeven herontdekt door bergarbeiders van de "SDAG Wismut" die op zoek waren naar uranium. (zie ook Wismut Bergbau). Men vond hier geen tastbaar materiaal, maar werd geconfronteerd met de kleurenpracht van drupstenen, stalagmieten, stalactieten in de groeven en oude schachten prachtig gevormd door de tand des tijds van de natuur. Echter om onduidelijke redenen is destijds het bergwerk wederom niet toegankelijk gemaakt voor het publiek. Maar kort voor de Wende gaf de gemeenteraad van Suhl eindelijk het groene licht. Eind
(1989) werd daadwerkelijk met de (her)bouw en veiligheidswerkzaamheden gestart om delen van het bergwerk geschikt te maken voor bezoekers. De werkzaamheden werden voltooid in September (1992). Onder grote belangstelling van de lokale bewoners werd het "Bergwerk Morassina" in Mei (1993) geopend. Sedertdien volgde in (1996) nog een "Bergbouw museum, Bergbouw educatie, en Cultuuractiviteiten" plus een vermelding in het "Guinness book of records"als enige bezoekers-bergwerk waar techniek en natuurlijke pracht samen komen in originele habitat. Ook werd gezien de ervaringen en historische geschiedenis van de lokale bewoners ook nog een natuurgezondheidscentrum opgezet "Sankt Barbara Heilstollen" waar een ieder thans tal van therapieën en natuurkuren kan ervaren binnen en buiten het "Bergwerk Morassina".